2 Financieel beeld

2.1 Uitgangspunten programmabegroting 2025

2.1 Uitgangspunten programmabegroting 2025

Voor de uitgangspunten van de programmabegroting 2025-2028 baseren we ons op de indexeringen uit de meicirculaire 2024. Deze wordt rond de laatste dag van mei gepubliceerd en is tijdens het opstellen van deze Perspectiefnota nog niet beschikbaar. Derhalve concentreren we ons nu op de septembercirculaire 2023. Dit is immers de laatste formele circulaire die aan gemeenten is gepresenteerd. Hierin staan onderstaande indexen opgenomen, waarbij het uitgangspunt van het College is dat gemeenten daarvoor in de meicirculaire 2024 volledig gecompenseerd worden.

Prijscompensatie
Bijstelling vindt plaats op basis van de uitgaven van de laatste 2 jaar tot maximaal het percentage CPI in de septembercirculaire 2023, voor de jaren 2025 t/m 2028, respectievelijk 2,5% / 2,4% / 2,3% / 2,3%. In de begroting 2024-2027 is al rekening is gehouden met 2,4% / 2,5% / 2,0% / 2,0% stijging. Bij het opstellen van de begroting 2025-2028 wordt er rekening mee gehouden dat we geheel door het Rijk worden gecompenseerd voor de extra stijging.

Tarieven en belastingen
De opbrengsten voor de gemeentelijke belastingen en rechten verhogen wij met de Nationale Consumenten Prijsindex (CPI) zoals deze is opgenomen in de septembercirculaire 2023, met een minimum van 1% voor zover er geen sprake is van kostendekkende tarieven (en de door het rijk vastgestelde maximum tarieven). De tarieven voor de belastingen riolering en afval hangen samen met kostendekkendheid. Voor de lasten is in deze Perspectiefnota hetzelfde percentage aangehouden als voor de opbrengsten.

CAO gemeenten
Voor de programmabegroting 2025-2028 wordt per begrotingsjaar uitgegaan van een salaris- en sociale lastenverhoging zoals in de lopende CAO is vastgesteld. Voor de index gebruiken we de tabel in de septembercirculaire 2023. Voor 2025-2028 zijn dit de volgende percentages 5,4% / 4,5%/ 3,9% / 3,9%. Dit is meegenomen in de personeelsbegroting als onderdeel van deze Perspectiefnota.

Loonkosten grote subsidiepartijen
Bij loonkosten vindt jaarlijkse indexering plaats op basis van de laatste vastgestelde en bekende CAO voor de betreffende sector op het moment van indexering. De overige kosten worden geïndexeerd met percentage CPI in de septembercirculaire 2023 (2,5% / 2,4% / 2,3% en 2,3% (2025-2028). Dit is eveneens meegenomen in de personeelsbegroting voor de komende jaren.

Verbonden partijen
De bijdragen worden geraamd op basis van de meerjarenbegroting van de Verbonden partijen.

Onvoorzien
Voor de post onvoorzien wordt gerekend € 2 per inwoner (= afgerond € 58.000).

Deze pagina is gebouwd op 06/19/2024 10:58:48 met de export van 06/19/2024 10:54:25